woensdag 7 november 2012

Bangladesh heeft te weinig water

In 1971 werd Bangladesh na een bloedige burgeroorlog onafhankelijk. Veel ontwikkelingsorganisaties boden het straatarme Bangladesh hulp, onder andere door het boren van waterputten voor drinkwater. Tien tot vijftien jaar later zou blijken dat de Bengalen ziek worden van dit water. In Bangladesh zit namelijk van nature het giftige arsenicum in de grond. In grotere hoeveelheden is  arsenicum snel dodelijk. In kleinere hoeveelheden beschadigt arsenicum langzaam maar zeker de zenuwbanen.

In Nederland is drinkwater zo makkelijk te krijgen, dat we er zelfs onze WC mee doorspoelen. Maar wereldwijd is tekort aan drinkwater een probleem, en in ontwikkelingslanden een zeer groot probleem.

Zoals bijvoorbeeld in het zuiden van Bangladesh. Een waterleiding is er niet. Water moet je zelf ophalen. Maar waar?


Flessenwater is onbetaalbaar, behalve voor de rijkere mensen.
De meesten mensen in het zuiden van Bangladesh drinken oppervlaktewater. In het vlakke land vind je uitgegraven vijvers gevuld met water. Helaas heeft de orkaan Ayla in 2008 veel zeewater het land in geblazen. Daardoor zit er in veel van die vijvers nu halfzout, ondrinkbaar water. Die vijvers worden ook gebruikt om jezelf, je kleren en je vee in te wassen. En dat maakt het water ook ongeschikt om te drinken. Dus hebben de Bengalen afgesproken om bepaalde vijvers niet te gebruiken om te wassen. Uit die vijvers halen ze water, om te drinken en te koken.
Het beschikbare drinkwater is dus beperkt, daarom proberen de Bengalen in de regentijd water op te vangen. Sommige organisaties bouwen betonnen bassins om regenwater in te bewaren. Maar dit is nooit genoeg om de droge tijd mee door te komen.

Het weinige drinkwater dat wel beschikbaar is, is van erbarmelijke kwaliteit. Voordat vijverwater, of maandenlang opgeslagen vervuild regenwater, veilig kan worden gedronken, zou het eerst moeten worden gefilterd, gekookt en/of ontsmet. Maar ook dat is voor de meeste mensen te duur. Stel je voor dat wij water uit de sloot zouden moeten drinken, of uit een regenton waar het water al maanden in staat…  Precieze cijfers zijn niet bekend. Naar schatting overlijden wereldwijd jaarlijks 1.3 miljoen (!) kinderen door gebrek aan schoon drinkwater en hygiëne.

De beste oplossing in de arme delen van Bangladesh zijn op dit ogenblik waterpompen. Pompwater wordt tijdens zijn loop naar beneden  gefilterd door de grond. Bij het weer naar boven pompen, gaat het water door een filtersysteem in de pomp. Pompwater is daardoor relatief schoon.


Het aantal waterpompen, vooral in het zuiden van Bangladesh, is beperkt. Als je niet diep genoeg boort, is de kans groot dat je water met arsenicum oppompt. Arsenicum wordt er niet uit gefilterd. Als je te diep boort, loop je de kans om zout water aan te boren. Als je zoet water naar boven krijgt moet je dat laten testen, of het arsenicumvrij is. Dat maakt een waterpomp voor Bengaalse begrippen duur.

Water. De waarde van water besef je pas, als het er niet is.

zondag 4 november 2012

Onze eerste vrijwilligersavond

Hartverwarmend!
Dat is in één woord het gevoel dat overbleef na onze eerste vrijwilligersavond.

De zeven leden van het Changing Lives team en de veertien bezoekers zorgden voor een volle huiskamer. Verschillende mensen schetsten in hun presentaties een beeld van het werk van Stichting Changing Lives in Bangladesh. De twee uur die gepland waren, waren niet genoeg om alles te doen wat we wilden doen. Maar meer dan genoeg om de bezoekers vol te stoppen met informatie.
 
Han vertelde over het ontstaan van Stichting Changing Lives. Han en Corry startten als medische vrijwilligers met het onderzoeken van kinderen uit de allerarmste gezinnen. Ze ontdekten dat er drie hoofdproblemen zijn in de gezondheid van deze kinderen. En dat je met relatief beperkte middelen, heel veel kan doen in ontwikkelingslanden. Anderen wilden ook meehelpen. Om dat op een transparante manier mogelijk te maken, is Stichting Changing Lives opgericht. Met als speerpunten de hoofdproblemen die Han en Corry vonden.

Laurens zette voor iedereen nog even de geschiedenis en geografie van Bangladesh op een rijtje. Bangladesh werd in 1971 onafhankelijk na een bloedige strijd tussen het toenmalige West en Oost Pakistan. Voor de onafhankelijkheid moesten de mensen in Oost Pakistan Urdu spreken, de taal van West Pakistan, een land dat 1.500 kilometer verderop ligt. Oost Pakistan heeft zich na haar afscheiding Bangladesh genoemd: het land (=desh) waar Bangla wordt gesproken.
 
Corry vertelde over onze eerste ervaringen, de mensen in Bangladesh en de armoede. De mensen daar plannen nauwelijks vooruit, dus je moet flexibel zijn en kunnen improviseren. De verblijfplaatsen zijn erg basic. Het eten wordt klaargemaakt op de grond, op een houtvuurtje, zonder koelkast of andere moderne middelen. Wij zijn gelukkig nog nooit ziek geworden. De mensen zijn vriendelijk, gastvrij en zullen alles doen om het je naar de zin te maken.

Hans en Wendy Meijer gaven een beeld van wat zij in Bangladesh hebben gedaan: les geven, maar vooral ook alles daar om heen. Organiseren. Regelen. Contact maken met mensen. En zij vertelden ook hoe het is om “onder de vleugels van Han en Corry” een ontwikkelingsland te bezoeken. (Gelukkig over heerste het positieve gevoel over alle informatie, waarschuwingen en tips, die zij voor en tijdens de reis kregen.) Voor hun zelf is het een geweldige ervaring geweest. Eén waarschuwing: als je een keer mee gaat, smaakt dat naar meer!

Sioe Dian zette ons weer met beide benen op de grond. Basic is in Bangladesh echt basic. Tijdens je verblijf in Bangladesh is je geïmpregneerde klamboe de enige veilige plek, als je niet houdt van muggen, vliegen, kakkerlakken of ratten. Je moet je realiseren dat je beperkt bent in tijd en mogelijkheden, en dus invloed. De taalbarrière beperkt het contact. En dat geldt extra voor (jonge) vrouwen. In de Bengaalse cultuur zitten vrouwen vooral binnenshuis. Het zijn de mannen die contact maken, en die doen dat met mannen, en niet rechtstreeks met vrouwen.

Irina vertelde na de pauze over de plannen voor het komende jaar. Stichting Changing Lives wil in 2013 aan de slag met drinkwater. Hiervoor hebben we al informatie verzameld en contacten gelegd met andere organisaties. We zijn bezig de plannen te concretiseren.

Han en Corry gaven daarna nog praktische informatie over reizen naar en in Bangladesh. Over kleding, reispapieren, vaccinaties en kosten.

Het laatste praatje was van Irina. Zij sloot af met dat je in Nederland ook heel veel goeds kan doen voor Stichting Changing Lives. Dus als zelf naar een ontwikkelingsland gaan niet bij je past, maar je wilt wel bijdragen, dan is er meer dan genoeg te doen.

Om 22.00 uur moesten we de avond officieel afsluiten, vanwege de tijd. Sommigen hadden nog een lange terugreis voor de boeg. We hebben met sommigen korter, met anderen langer geanimeerd doorgepraat. (De laatste bezoekers gingen rond 24.00 uur naar huis.)

Het geeft veel energie om al die verschillende mensen hun kant van het verhaal te horen vertellen. Die energie gaan we gebruiken om de plannen van de volgende reis te concretiseren.