Gisteren is de cursus ethiek afgesloten. Na het officiële examen
van de cursisten, de evaluatie en de gebruikelijke groepsfoto hebben we weer
afscheid genomen van de mensen die in het trainingscentrum werken en waarmee we
ons inmiddels al heel vertrouwd voelen. Voor ons vertrek nog een heel bijzonder
‘kippenvel’ moment meegemaakt: Alle aanwezigen hebben allemaal tegelijk, met
heel veel passie, hardop voor ons gebeden. Een heel lawaai, maar tegelijk ook zo ontzettend
mooi!
Twee uur later begon het te regenen. De regen groeide uit tot een hevige storm. Vreselijk onweer, met vreselijk veel wind en water. We lagen net in bed en het werd erger en erger. De ene donderslag volgde op de andere. De regen sloeg tegen de ruiten. En de wind gierde door de kieren in de ramen. Op een gegeven moment zei ik tegen Han dat ik me aan wilde kleden, want het voelde allemaal niet prettig. Onze kamer is op de tweede verdieping, op een hoek, dus wij vingen extra veel wind. Onze chauffeur hoorden we ook al buiten op de veranda. En toen we uit bed stapten, stapten we in een plas water. Onze kamer stond blank. Onder de deur door en door de sponningen van de ramen en langs de muren liep het water naar binnen. We waren nog net op tijd om wat dingen die op de vloer stonden, in veiligheid te brengen. Het had weinig zin om te dweilen, zolang er water op de veranda stond. Uiteindelijk zijn we toch maar weer in bed gestapt en hebben we de natte vloer gelaten voor wat het was. Even later viel de elektriciteit uit. En daarmee ook de ventilator. We wachtten op het aanslaan van de generator, maar nee dat gebeurde niet. Kortom, het werd een hele lange warme en natte (van regenwater en zweet) nacht zonder slaap.
Gisteren zei ik tegen Han dat we ons alvast een beetje ‘mentaal’
moeten gaan voorbereiden op ons vertrek uit Bangladesh. Want ja, tenslotte
vertrekken we aanstaande vrijdag en moeten we daar al een beetje naar toe gaan
leven. Best lastig dat losmaken. Want we voelen ons hier thuis en heel erg
verbonden met de mensen, het werk van BNM en de kerk.
Maar in de afgelopen 24 uur zijn een paar dingen die gebeurd
die wel hielpen in het proces van losweken: Op de terugweg uit Dephkhali
hoorden we ineens een hoop gesis. En ja hoor, een lekke band. De tweede in 2
weken. Gelukkig waren we al in de stad Jessore, niet ver bij ons guesthouse
vandaan. Het had geen zin om in de hitte met z’n allen te wachten tot het
karwei geklaard was. En we hebben ons met zijn zessen in een easy-bike (=soort van
tuc tuc) gewrongen. We puilden er aan alle kanten uit en de snelheid was door
het totale gewicht zo laag, dat alles ons inhaalde. Zelf zat ik aan de
buitenkant en bungelde ik een stuk uit de easy-bike. Voor mijn gevoel was ik mijn
leven niet zeker, omdat alles vlak langs je heen raast. In elkaar gestrengeld
hielden we elkaar in de easybike en haalden we heelhuids de eindstreep.
Twee uur later begon het te regenen. De regen groeide uit tot een hevige storm. Vreselijk onweer, met vreselijk veel wind en water. We lagen net in bed en het werd erger en erger. De ene donderslag volgde op de andere. De regen sloeg tegen de ruiten. En de wind gierde door de kieren in de ramen. Op een gegeven moment zei ik tegen Han dat ik me aan wilde kleden, want het voelde allemaal niet prettig. Onze kamer is op de tweede verdieping, op een hoek, dus wij vingen extra veel wind. Onze chauffeur hoorden we ook al buiten op de veranda. En toen we uit bed stapten, stapten we in een plas water. Onze kamer stond blank. Onder de deur door en door de sponningen van de ramen en langs de muren liep het water naar binnen. We waren nog net op tijd om wat dingen die op de vloer stonden, in veiligheid te brengen. Het had weinig zin om te dweilen, zolang er water op de veranda stond. Uiteindelijk zijn we toch maar weer in bed gestapt en hebben we de natte vloer gelaten voor wat het was. Even later viel de elektriciteit uit. En daarmee ook de ventilator. We wachtten op het aanslaan van de generator, maar nee dat gebeurde niet. Kortom, het werd een hele lange warme en natte (van regenwater en zweet) nacht zonder slaap.
Vanmorgen aan het ontbijt zaten we er allemaal wat dufjes
bij. Onze chauffeur had het zo heet gehad vannacht dat hij op de vloer was gaan
slapen. Wij zelf hadden na het onweer de deur en alle ramen opengezet.
Vandaag zouden we projecten gaan bezoeken. We wisten nog
niet welke projecten ze voor ons hadden uitgezocht. En als een plaatsnaam in Bangladesh
genoemd wordt, heb je daar ook niet direct wat aan. Tja, en toen bleek dat de
heenreis ruim 3 uur rijden was, over een vreselijke weg met bijna alleen kuilen
en gaten. We moesten ook nog met een pont over varen. Er lagen drie veerboten,
waarvan er maar 1 het deed. Ook daar dus een lange wachttijd. Gelukkig wel
airco in de auto.
Kortom, na een hele barre nacht, zo’n 7 uur schokkerig rijden
vandaag overdag, veel en lang wachten en met maar slechts 1 kopje koffie vandaag,
bedacht ik me dat dit soort dingen wel helpen in het losmakingsproces.
Morgen vertrekken Han en ik naar Dhaka. Wat we nu nog niet
weten is hoe laat. De directeur van BNM moest deze kant op, komt hier
overnachten en met hem rijden we morgen terug. Echter hoe laat hij hier vanavond
aankomt ( het is nu al 22.00 u) en hoe laat we morgen vertrekken …..?
Eén ding weten we wel. Morgen nemen we afscheid van Arthur
en Annemarie Snijders. Zij gaan hun reis en missie hier vervolgen. En wij gaan terug
voor het afronden van onze missie hier door middel van een eindpresentatie in
Dhaka.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten